Nieuwe OVAM-richtlijn voor PFAS als verdachte stof vanaf 1 april 2025
Gepubliceerd op: 20/03/2025Op 10 maart 2025 publiceerde OVAM op haar website een nieuwe richtlijn waarmee nagegaan kan worden of PFAS als verdachte stof te beschouwen is in het kader van grondverzet.
De richtlijn somt risico-activiteiten op waarbij het vrijkomen van PFAS in het milieu niet kan worden uitgesloten. Hiermee moet rekening worden gehouden bij het opmaken van bodemonderzoeken, zoals technische verslagen in kader van grondverzet.
In de richtlijn en het bijhorende nieuwsbericht wordt nog altijd geen éénduidig antwoord gegeven op de vraag hoe saneringsdeskundigen PFAS-resultaten moeten interpreteren.
Doordat er ruimte blijft voor interpretatie, hanteert elke saneringsdeskundige momenteel zijn eigen manier om tot een besluit te komen. Dit leidt in de praktijk tot een onoverzichtelijke situatie voor de bouwsector, de bouwheren en de bodembeheerorganisaties omdat gronden met gelijkaardige concentraties, afhankelijk van de saneringsdeskundige die het rapport opstelt, een verschillend besluit krijgen. Volgens de ene deskundige mag een partij uitgegraven grond niet hergebruikt worden, terwijl een andere deskundige dezelfde partij wel goedkeurt voor hergebruik. Dit veroorzaakt administratieve en praktische problemen op de bouwplaats. Het ontbreken van een éénduidig kader zorgt bovendien voor onduidelijkheid over de kwaliteit van de grond die de bouwheer in ontvangst neemt terwijl de aannemer wel verantwoordelijk blijft voor het aanleveren van grond van goede kwaliteit.
"We vrezen dat veel bodemsaneringsdeskundigen de strengste interpretatie gaan toepassen, waardoor gronden met zelfs een minimale hoeveelheid PFAS automatisch de code 999 krijgen. Volgens Grondwijzer zou dit bijna driekwart van de infrastructuurprojecten treffen, met aanzienlijke extra kosten als gevolg. Dit kan ertoe leiden dat heel wat projecten stilvallen of zelfs niet worden uitgevoerd," waarschuwt Hervé Demeyere, voorzitter van Bouwunie Infrastructuurwerken.
Bouwunie is dus bezorgd en pleit bij Vlaams minister van Omgeving en Landbouw Jo Brouns voor juridische zekerheid, eenvoudige regelgeving en duidelijkheid over het tijdskader.
Info


werking infrastructuurwerken